Van 17 juni tot 17 september 2017 zijn in het Rijksmuseum miraculeus gesneden religieuze gebruiksvoorwerpen te zien. Het zijn een zestigtal uit de hele wereld verzamelde altaartjes, kruisjes, beeldjes, medaillons, schedeltjes, sierkistjes en gebedsnoten. De in buxushout gesneden voorwerpen zijn niet groter dan de wijsvinger van een volwassen hand. Ze waren eerder te zien in Toronto - Canada en in New York en dragen de naam ‘Small Wonders’ (!)
De Buxusboom, waaruit de voorwerpen gesneden zijn, groeit in Azië en Europa. Haar takken werden gebruikt bij de intocht op Palmpasen. Buxushout wordt dan ook Palmhout genoemd. Het is hard en zwaar en zeer fijn van nerf waardoor het moeilijk te bewerken is. Bij droogte en vocht werkt het hout en heeft het de neiging snel te splijten en te barsten. Het hout is glad en kan goed worden afgewerkt en het is ook geschikt voor draaiwerk. Van buxushout worden instrumenten gemaakt, meetlatten, schaakstukken, gereedschappen en gebedsnoten.
De gebedsnoten uit de collectie van het Rijksmuseum zijn de toppers op de tentoonstelling. Ambachtelijk werk is het uit de Lage Landen, dat niet voor de kunst maar om de techniek te bewonderen is. Het microsnijwerk laat zich graag demonstreren. Het is net zo fijn bewerkt als bij iconen, deze miniaturen in hout. Mooi schrijnwerk dat zeer verfijnt is en gedetailleerd met voorstellingen uit het leven van Jezus en Zijn Moeder. Mirakels worden ze genoemd, die zichzelf beschermen door in te klappen. Aan de ene kant ziet men de geboorte en aan de andere kant de kruisdood van Christus. Het zijn noten met raadsels. Hoe konden de hout-snijders in dat harde buxushout zo fijn werken en waarom juist deze voorstellingen?
In de late middeleeuwen was de beeldcultuur een hype net als nu. Gebedsnoten werden met een koord aan de gordel op het lichaam gedragen, samen met de huissleutel, een schaar en het speldenkussen. Weet wel, de naaimachine was nog niet uitgevonden broek- of rokzaken bestonden nog niet. Men droeg alles wat men nodig had bij het huishouden en wat niet vergeten of verloren mocht raken aan een riem om het middel. Rozenkransen worden door monniken nog aan een riem op hun habijt gedragen. De gebedsnoot was aandachtspikkel nummer 1 bij alles wat er gedaan moet worden. Zij hielp de woorden van Paulus in praktijk te brengen: ”Wees altijd blij, bidt zonder ophouden”. Gebedsnoten zijn speeltjes voor de ziel en geven aandacht bij meditatie en devotie, en dat niet alleen van de middeleeuwse gelovigen.
De Japanse cultuur kent bijna dezelfde uit buxushout gesneden versieringen om persoonlijke bezittingen op de kimono te dragen: de Netsuke. Het zijn esthetisch uit buxushout gesneden figuurtjes geïnspireerd door de natuur. Die als versierde knopen aan een band vastgemaakt zijn om de glans van de drager te tonen. Omdat de Netsuke maar een handpalm groot is, net als de gebedsnood, zijn dat ook de overeenkomsten. Het gebruik is anders: de Netsuke wil het lichaam van de drager decoreren; de gebedsnoot wil de ziel van de mens bevestigen.
In de museumshop van het Rijksmuseum zijn eenvoudige houten gebedsnootjes te koop. Een noot om in je broekzak te steken, helpt bij méér aandacht tussen hemel en aarde!
|