“Ja, maar ..” gaat de wetgeleerde door, “wie ís dan mijn naaste?”
Maar eigenlijk wil hij vooral dat Jezus zegt wie níet zijn naasten zijn.
Als antwoord vertelt Jezus een verhaal.
Er was eens een Joodse man die onderweg werd overvallen door rovers.
Ze stalen zelfs zijn kleren en lieten hem zwaargewond achter.
Toevallig kwam er vlak daarna een Joodse priester langs.
Die zag hem wel, maar liep snel verder. Hij had haast.